Geen noemenswaardige gevallen van bijstandsfraude in Zandvoort

In Zandvoort zijn er in het afgelopen jaar geen noemenswaardige gevallen van bijstandsfraude aan het licht gekomen. Wethouder Gert-Jan Bluijs laat namens het college weten dat er 30 onderzoeken naar fraude zijn gestart. Volgens de wethouder zijn daarbij twee uitkeringen beëindigd als gevolg van het schenden van de inlichtingenplicht. ,,Er zijn 12 boetes opgelegd als gevolg van het schenden van de inlichtingenplicht", zegt de wethouder.

Bluijs komt met deze informatie nadat eerder het CDA Zandvoort en later Groen Links Zandvoort/Bentveld duidelijkheid willen hebben over de bijstand. Aanleiding voor zowel de Zandvoortse christen democraten en Groen Links is de zaak in de gemeente Wijdemeren waar een vrouw 7000 euro aan ontvangen bijstand heeft moeten terug betalen aan de gemeente vanwege de boodschappen die haar moeder heeft gehaald.

Een ander belangrijk punt bij Groen Links is de vraag over er geen sprake is van institutionele discriminatie. Volgens Bluijs is daar geen sprake van. ,,Er wordt binnen team Sociale Recherche geen gebruik gemaakt van risicoprofielen. Bij gebruikmaking van eventuele risicoprofielen zal er altijd een toets plaatsvinden aan de voorwaarden van gegevensverwerking zoals gesteld in de Algemene Verordening Gegevensbescherming", zegt de wethouder.

Een ander belangrijk element die de wethouder noemt is dat de gemeente werkt volgens het beginsel van de 'omgekeerde toets'. ,,Het werken volgens deze wijze is breed geland in de uitvoeringsorganisatie en dus ook bij de medewerkers van het team Sociale recherche. Daarnaast wordt individuele casuïstiek gedeeld in het ‘oliemannetjes-overleg’", zegt Bluijs.

In dat overleg worden volgens de wethouder meervoudige complexe gevallen besproken, waarin de perspectieven van de verschillende deelnemers worden gedeeld. ,,Eerst worden door de deelnemers verduidelijkende vragen gesteld. Vervolgens worden suggesties aangereikt om tot een oplossing of doorbraak te kunnen komen. Door wat dieper in te kunnen gaan op deze cases wordt van én met elkaar geleerd. Daarbij gaat het behalve over kennisdeling, ook over morele en ethische waarden", zegt Bluijs.

Het CDA Zandvoort heeft eerder aan de wethouder gevraagd of er ook voldoende beleidsvrijheid bestaat bij uitkeringsgerechtigden als het gaat om materiële bijdragen die deze groep krijgt als het gaat om het ontvangen van boodschappen. Volgens Bluijs is er bij de gemeente Zandvoort op basis van de wetgeving rondom giften voldoende beleidsvrijheid om maatwerk te bieden .

,,Meer specifiek: de gemeente kan beoordelen wanneer vrijlating kan worden toegepast en wanneer giften niet meer verantwoord zijn uit het oogpunt van bijstandsverlening. Dat kan bijvoorbeeld zijn bij hele hoge giften, of giften met een periodiek karakter, waardoor zij gezien kunnen worden als inkomen in natura", zegt de wethouder. Wel blijft volgens Bluijs het uitgangspunt dat de Participatiewet een vangnetregeling is en dat het een aanvulling vormt op de middelen die iemand tot zijn beschikking heeft tot aan het bestaansminimum. ,,Bij de beoordeling of giften wel of niet worden vrijgelaten wordt altijd rekening gehouden met de sociale en financiële omstandigheden van het individu", zegt Bluijs.